Concurrentieverhoudingen per genre
Monitor 2018 – Uitgevers
Concurrentieverhoudingen en het belang van genres
Voor elk kwart is gekeken naar de verdeling van de omzet over de genres. Daaruit ontstaat een analyse van de portfolio van de uitgevers naar verschillende grootte categorieën. Wanneer wij spreken over ‘omzet’ wordt niet de omzet van de uitgeverijen zelf bedoeld, maar de omzet in de consumentenmarkt.
Bovenkant van de markt: fictie en literair-culturele titels
De bovenkant van de markt (kwarten een en twee samen) halen ieder jaar voor minstens 45% hun omzet uit fictie. Wat verandert is dat voorheen de uitgevers in het bovenste kwart een meer over de genres verspreid portfolio hadden. De uitgeverijen in de subtop (kwart twee) kenmerkten zich door een focus op fictie. In 2017 was het aandeel fictie in beide delen gelijk, maar vanaf 2018 scoort de top van de uitgevers weer het beste in fictie met een omzetaandeel van 57% in de portfolio. De verdeling en de ontwikkeling is voor de GAU-uitgevers vrijwel gelijk.
De bovenkant van de markt kenmerkt zich tevens door het hoge omzetaandeel van ISBN’s binnen het literair-culturele segment. In kwart een is er sprake van een stijgende lijn, in kwart twee is het aandeel stabiel. Binnen de GAU is het beeld over de hele linie stabiel. De GAU-uitgevers zijn over het algemeen goed vertegenwoordigd in het literair-culturele segment.
Onderkant van de markt: kinderboeken en non-fictie
In de middelgrote uitgevers (kwart drie) blijkt het portfolio te bestaan uit kinderboeken, fictie en non-fictie vrije tijd. Daarbij valt op dat het aandeel kinderboeken structureel hoger is dan in de top, subtop en bij de kleine uitgeverijen. In 2018 komt gemiddeld 28% van de omzet uit kinderboeken.
Voor de kleine uitgeverijen (kwart vier) is non-fictie, vooral informatief, het meest dominant. De kleine uitgevers halen de laatste jaren gemiddeld zo’n 28% van hun omzet uit non-fictie informatief.
Hoogste omzet per unieke ISBN: non-fictie vrije tijd
Voor de uitgevers is non-fictie vrije tijd over het algemeen het genre met gemiddeld de meeste omzet per unieke ISBN. Voor kwart een is deze consumentenomzet met zo’n € 6.270 aanzienlijk hoger dan voor kwart twee met € 3.930. Het verschil is door de jaren steeds groot tussen top en subtop. Tot en met 2015 was non-fictie vrije tijd echter vooral groot in de subtop. Een technische verklaring hiervoor is dat er een of meerdere uitgeverijen die sterk in dit genre zijn, van de subtop naar de top zijn verschoven.
Verder blijkt dat de gemiddelde omzet per unieke ISBN in het genre fictie bij de subtop de laatste jaren steevast hoger is. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat de grootste uitgevers ook een relatief grotere backlist hebben die het gemiddelde naar beneden drukt.
De gemiddelde omzet van unieke ISBN’s in het genre kinderboeken kan sterk fluctueren in de subtop. In de top van de grootste uitgevers is het vrij constant rond een niveau van € 3.000. Een mogelijke verklaring voor de fluctuatie is dat er uitgevers verschuiven tussen de kwarten. Deze verdeling wordt voor ieder jaar afzonderlijk berekend. En uitgever kan per jaar in een ander kwart zitten, afhankelijk van waar de knip wordt gemaakt. Welke uitgevers in welk kwart zitten is echter voor KVB Boekwerk niet zichtbaar. Ook kan het zijn dat er in 2016 een of meerdere unieke ISBN’s met een hoge omzet waren.
De gemiddelde omzet bij de GAU-leden ligt voor het totaal structureel hoger. In 2018 lag de gemiddelde omzet voor non-fictie vrije tijd 47% hoger dan in de gehele markt, voor non-fictie informatief 41% hoger, voor kinderboeken 31% hoger en voor fictie 17% hoger.
Hoogste afzet per unieke ISBN: kinderboeken
Met uitzondering van de grootste uitgevers, is de gemiddelde afzet van kinderboeken het hoogst. Door de jaren heen is het opvallend dat kinderboeken ten opzichte van de andere genres een relatief hoge afzet laten zien. Dat ze lager uitkomen in de omzet per unieke ISBN komt doordat kinderboeken vaak een lagere prijs hebben dan andere genres.
Ook de gemiddelde afzet ligt bij de GAU-leden voor het totaal structureel hoger. In 2018 lag de gemiddelde afzet voor non-fictie informatief 36% hoger dan in de gehele markt, voor non-fictie vrijetijd 33% en voor fictie of kinderboeken 12% hoger.